Welkom op onze websites!
achtergrondafbeelding

Radiologische tests voor multiple sclerose

Multiple sclerose is een chronische gezondheidstoestand waarbij er schade is aan myeline, de bedekking die de zenuwcellen in de hersenen en het ruggenmerg van een persoon beschermt. De schade is zichtbaar op een MRI-scan (MRI hogedruk mediuminjector). Hoe werkt MRI voor MS?

MRI-hogedrukinjector wordt gebruikt om contrastmiddel te injecteren bij het scannen van medische beeldvorming om het beeldcontrast te verbeteren en de diagnose van de patiënt te vergemakkelijken. Een MRI-scan is een beeldvormingstest waarbij gebruik wordt gemaakt van een magnetisch veld en radiogolven om een ​​beeld te creëren door het watergehalte in weefsels te meten. Er is geen sprake van blootstelling aan straling. Het is een effectieve beeldvormingsmethode die artsen kunnen gebruiken voor het diagnosticeren van MS en het volgen van de progressie ervan. Een MRI is nuttig omdat myeline, de stof die MS vernietigt, uit vetweefsel bestaat. Vet is als olie, omdat het water afstoot. Naarmate een MRI het watergehalte meet, zullen gebieden met beschadigde myeline duidelijker zichtbaar worden. Op een beeldscan kunnen beschadigde gebieden wit of donkerder lijken, afhankelijk van het type MRI-scanner of -reeks. Voorbeelden van typen MRI-sequenties die artsen gebruiken om MS te diagnosticeren zijn: T1-gewogen: de radioloog injecteert een persoon met een materiaal dat gadolinium wordt genoemd. Meestal zijn de deeltjes van gadolinium te groot om door bepaalde delen van de hersenen te gaan. Als een persoon echter schade in de hersenen heeft, zullen de deeltjes het beschadigde gebied benadrukken. Een T1-gewogen scan zorgt ervoor dat laesies er donker uitzien, zodat een arts ze gemakkelijker kan identificeren. T2-gewogen scans: Bij een T2-gewogen scan zal een radioloog verschillende pulsen toedienen via de MRI-machine. Oudere laesies zullen een andere kleur hebben dan nieuwere laesies. Anders dan op T1-gewogen scanbeelden, zien de laesies er lichter uit op T2-gewogen beelden. Fluid-attenuated inversion recovery (FLAIR): FLAIR-beelden gebruiken een andere reeks pulsen dan T1- en T2-beeldvorming. Deze beelden zijn zeer gevoelig voor de hersenletsels die MS gewoonlijk veroorzaakt. Beeldvorming van het ruggenmerg: Het gebruik van een MRI om het ruggenmerg te laten zien kan een arts helpen laesies te identificeren die zowel hier als in de hersenen voorkomen, wat belangrijk is bij het stellen van een MS-diagnose. Sommige mensen lopen mogelijk risico op een allergische reactie op het gadolinium dat bij T1-gewogen scans wordt gebruikt. Gadolinium kan ook het risico op nierbeschadiging verhogen bij mensen die al een verminderde nierfunctie hebben.


Posttijd: 15 augustus 2023